Jan van Noordenne
Bij deze Green Deal Kantoren overeenkomst zijn drie partijen betrokken: Merin, Green Deal coach en projectleider Jim Teunizen én de Rabobank Gooi- en Vechtstreek.
De deal die we hebben gesloten heeft namelijk betrekking op verduurzamen van het pand aan de Thebe 22, waar zij de huurder van zijn. Heel bijzonder dat we dit samen doen. We hebben nog geen concrete invulling gegeven in wát we allemaal gaan verbeteren aan het pand. Maar daarover zijn we met zijn drieën in gesprek.
Hopelijk is mijn functie als Sustainability Manager over een paar jaar overbodig, dan is mijn missie geslaagd.
De ontwikkeling naar een duurzamer gebouw past goed bij de Rabobank, want zij vinden dat ze daar ook een rol op zich te nemen hebben. Bovendien voeren ze al een duurzaamheidsbeleid. Kortom: hier gaan Merin, de Rabobank én Hilversum enorm op vooruit.
Ik werk sinds januari 2018 als Sustainability & Building Innovation Manager. Daarvoor was ik werkzaam als Property Manager voor de regio Noord-Oost, maar vanaf dit jaar ben ik vrijgemaakt van mijn andere taken en kan ik mijn aandacht volledig richten op het verduurzamen van de gebouwen die wij in bezit hebben. De keuze van een grote vastgoedinvesteerder als Merin, om mij in deze functie aan te stellen, geeft wel aan hoe belangrijk de rol van duurzaamheid binnen de organisatie is.
Toen ik nog als Property Manager werkte deed ik ‘duurzaamheid’ erbij. Maar dat werkt niet. Je moet er vol voor gaan, zodat je bepaalde keuzes centraal kunt nemen en kunt uitrollen. Want dat aspect van duurzaamheid is ook belangrijk: energiebesparende maatregelen nemen scheelt doorgaans flink in de kosten.
Waar gebouw- en kantoorbeheerders winst kunnen halen? Bijvoorbeeld met het omschakelen naar ledverlichting, daarmee bespaar je veel. Of het toepassen van warmteterugwinning op de luchtbehandeling. Voor ons is het belangrijk om afspraken te maken met de huurders, aangezien Merin als verhuurder de investering doet en de rekening voor energie doorgaans door de huurder wordt betaald in de servicekosten.
Vaak is hier een win-win te behalen voor huurder en verhuurder, door bijvoorbeeld de servicekosten te fixeren. Op het gebied van gebouwautomatisering staat de techniek verder niet stil. Er is veel mogelijk door slimme technologie en dat zorgt voor meer comfort én een flinke besparing op energie.
Wat ik interessant vind, is dat een duurzame strategie de aanleiding vormt om hier een business case omheen te bouwen. Met voordeel voor huurder én verhuurder en ook nog een bijdrage aan het verminderen van milieu-impact. Elke business case is weer anders. Het investeren in zonnepanelen levert geld op door het opwekken van energie, andere investeringen dragen weer bij aan kostenbesparing.
Onze ambitie als Merin is om onze core gebouwen dit jaar op het energie-label C te krijgen. Vooral met sommige oude gebouwen is dat een uitdaging.
Verder willen wij de komende jaren flink blijven investeren in het opwekken van onze eigen energie. Momenteel zijn wij bezig met het plaatsen van 35.000 zonnepanelen, goed voor 30% van onze energiebehoefte als het gaat om elektriciteit. Mijn persoonlijke doel is om dit naar 100% te krijgen.
Ik ben optimistisch over de toekomst en over de mooie stappen die wij maken. Sterker nog: ik hoop dat mijn functie over een jaar of drie overbodig is geworden. Dat je dus geen Sustainability Manager in huis hoeft te hebben, dat er een roadmap per pand is, en dat het duurzame denken en doen als het ware ‘embedded’ is.
Heeft Jan jou geïnspireerd om te helpen met het versnellen van de energietransitie in Hilversum en heb jij een mooi, slim of creatief idee hiervoor? Doe mee met de Hilversum100 Challenge.